Annapurna circuit deel 2 - Reisverslag uit Pokhara, Nepal van Stefan Ruben Bak - WaarBenJij.nu Annapurna circuit deel 2 - Reisverslag uit Pokhara, Nepal van Stefan Ruben Bak - WaarBenJij.nu

Annapurna circuit deel 2

Door: Stefan

Blijf op de hoogte en volg Stefan Ruben

14 Juli 2005 | Nepal, Pokhara

Namaste,

Hier het vervolg van de trek:

Deze trektocht heet de Annapurna circuit want de tocht maakt een cirkel om
het Annapurna-gebergte:
Annapurna I, 8,091 meter
Annapurna II 7,937 meter
Annapurna III 7,555 meter
Annapurna IV 7,525 meter
Annapurna South 7,219 meter

Andere gebergten die we onderweg zagen:
Dhauligiri 8,167 meter
Gangapurna 7,454 meter
Pisang Peak 6,091 meter
Tilicho Peak 7,134 meter

Dag 11: Tilicho Base camp (4140) - Tilicho Lake (4910) en weer terug: 5,5 uur.
We staan om 4:30 op en eten een tibetan bread (soort platte donut) met ei. Dit hadden we gisteravond al besteld tijdens het eten. 's Nachts hing het in een plastic zak aan het plafond, je weet maar nooit wat voor beesten er hier in de slaapzaal rondlopen. Het uitzicht net na zonsopgang is bijna perfect. De eerste zonnestralen schijnen net op de bergtop. Er is al wel een lichte sluier van bewolking om de toppen te zien.

Ondanks dat we bijna geen bagage bij ons hebben is dit een zeer zware klim. Het is eerst ruim 800 meter klimmen naar 4950 en vanaf dan kunnen we het meer zien. Onderweg zien we een grote roofvogel dat veel weg heeft van een lammergier. Het meer heeft een azuurblauwe kleur. Als de wind iets afneemt in kracht zien we erin de reflectie van de Great Barrier met Tilicho Peak
(bergketen ten westen van het meer).

We wandelen wat rond in het gebied en luisteren naar de avalanches (lawines)
die aan de overzijde van het meer met grote regelmaat plaatsvinden. Het is een bijzondere plek, mede omdat we de hele dag niemand anders tegenkomen. De terugtocht is erg makkelijk vergeleken met de heenweg. We voelden duidelijk dat de lucht hier minder zuurstof bevat ten opzichte van een trekking op zeeniveau. Na een minuut lopen ben je buiten adem en dan moet je even
stilstaan. Lopen op een vlak stuk geeft geen problemen.

Dag 12: Tilicho Base camp (4140) - Manang (3570) = 5 uur.
We nemen dit maal de lage route terug richting Khangsar, we hoorden van de
eigenaar van TBC dat de route veilig was. Deze route houdt in ieder geval veel minder klimmen in dan de heenweg. Onderweg zijn de enige mensen die we tegenkomen Nepali's die aan de route werken. Ze verbreden paden, maken bruggen en vervangen delen die ingestort zijn door een landslide. Bij
Khangsar lunchen we en hier halen we onze bagage op. We overnachten weer in
het luxe hotel in Manang. We ontmoeten een stel (hij VS, zij Denemarken) dat met tent en voedsel de tocht doet. Hij draagt 35 kg op zijn rug, maar de tent hebben ze nog niet gebruikt. Ze wisten niet dat er zoveel guesthouses waren onderweg.

Dag 13: Manang (3570) - Letdar (4250) = 4 uur.
De tocht begint met redelijk klimmen, maar gaat daarna zeer langzaam omhoog. Onderweg komen we bij de plaats Yak Kharka 2 Nederlanders tegen, ze doen de tocht met een nepali gids/porter. Het zijn studenten geneeskunde en ze doen hun stage in Kathmandu (hoofdstad). Zij heeft momenteel wat last van hoogteziekte (hoofdpijn, misselijkheid). Ze hadden maar 16 dagen voor de 16-daagse tocht uitgetrokken. Het komt niet uit dat ze er nu last van heeft.

Bij Letdar zijn onze buren in het guesthouse Harm en Kees, je raad het al
ook al 2 Nederlanders. Het zijn aardige gasten en we eten gezamenlijk het
avondeten. Harm en Kees doen dezelfde route als mij: India - Nepal - China -
ZO-Azië. Ze hebben een enkeltje India gekocht en kunnen zo zelf bepalen
wanneer en vanaf waar ze terugvliegen. E+A hebben een berichtje achtergelaten, ze waren hier 2 dagen geleden.

Dag 14: Letdar (4250) - Thorang La Base camp (4820): 3 uur.
Vanaf 4000 meter zijn er geen bomen meer, de omgeving is meer mossen en lage, droge struiken. We lunchen onderweg in Torung Pedi (4420). Tijdens het eten komt er een Diutser van een jaar of 60 in zeer vermoeide toestand het restaurant binnen. Hij heeft een boodschap van E+A, hij deed de tocht in tegenovergestelde richting en kwam ze tegen terwijl ze net de pas
overgestoken hadden. Ze waren OK en ze zouden op onze wachten in de eerste
plaats na de pas, Muktinath. De duitser kwam ook een engelse toeriste tegen
met gids, hij zei dat ze er slecht uitzag en dat ze veel moeite met lopen
had. Hij zei dat het weer op de pas zelf hard was, sneeuw, koud en harde
wind. Hij deed zelf de tocht in tegenovergestelde richting, wat inhoudt dat
hij 1600 m heeft geklommen voordat hij de pas bereikte. De route in onze richting houdt een klim van zo'n 1000 meter in, veel makkelijker dus. We hebben allemaal respect voor de duitser die de tocht doet met een nepali gids/vriend die doofstom is. De volgende dag horen we van E+A dat de duitser en de Nepali de klim hebben gedaan op paarden, dat maakt het verhaal een
stuk minder spectaculair.

Kees en Harm blijven achter in Torung Pedi, JM en ik gaan naar het laatste guesthouse voor de pas: Thorang La Base camp (4820). Er is hier geen verwarming aanwezig behalve 1 klein elektrisch kacheltje waar al het
personeel omheen zit. De kamer is erg basic, het lijkt of de wanden zijn
ingesmeerd met koeienstront (opgedroogd). Dit wordt gedaan met de buitenkanten van sommige huizen in Nepal om de muggen op afstand te houden. De eigenaar doet geen moeite aardig te zijn en baalt want zijn satteliet-TV werkt niet.

's Avonds tijdens het eten meten we de temperatuur, het is zo'n 8 graden. We
eten met jas/muts/sjaal/handschoenen aan, dit is een nieuwe ervaring. Er is
hier een club Nepali die met verrekijkers de omgeving in de gaten moet houden. Er zijn Nepali die paddestoelen plukken die vervolgens worden gebruikt voor het maken van Viagra. Maar diezelfde paddestoelen worden gegeten door de yaks. Locals klagen dat de produkten van de yak (melk,
vlees, huid) vroeger beter waren omdat ze toen nog genoeg van die paddestoelen binnenkregen. Vandaar hier een team observatoren. We slapen die nacht slecht, een combinatie van het barre verhaal van de duitser, de kou en de hoogte misschien?

Dag 15: Thorang La (4820) - Muktinath (3800) = 8 uur.
We vertrekken om 7:30, het ontbijt was later klaar dan gepland. We zien Harm
en Kees om 6:30 ons guesthouse passeren. De tocht gaat langzaam omhoog en in de omgeving is bijna geen vegetatie meer te ontdekken. Alleen sneeuwtoppen, stenen, rotsen en wat mossoorten en alpine bloemen die het hier overleven. De route wordt aangegeven met metalen palen van zo'n 3 meter hoog. Ik kan me voorstellen dat de route zeer lastig te vinden is met een flink pak sneeuw en een sneeuwstorm. Nu ligt er geen sneeuw trouwens. Als we de pas bereiken geeft de hoogtemeter op
mijn horloge aan dat we nog 200 meter te vroeg zijn. En zo voelt het ook, het is 5416 maar JM en ik hadden verwacht dat het moeilijker en zwaarder zou zijn. De pas is versierd met tibetaanse vlaggen (kleuren
blauw-wit-rood-groen-geel) met erop tibetaanse gebedsteksten. Het weer valt
ook mee, het is 5 graden en er valt wat natte sneeuw.

Na de pas volgt een lange afdaling, Muktinath is de eerste plaats na de pas
en ligt 1600 meter lager. Op zo'n 4400 meter zien we Muktinath al liggen
door de wolken in de vallei beneden ons. We moeten dan nog 600 meter dalen. Als we aankomen in het Bob Marley Guesthouse zijn we toch blij dat we er zijn. Het guesthouse wordt gerund door een transseksueel maar die is nu niet aanwezig, die is onderweg per paard naar Jomsom, het dichtstbijzijde
vliegveld. 's Avonds zien we E+A weer sinds een week, het is leuk om weer bij te praten. Ze hebben zich een beetje verveeld, door het regenachtige weer en de kleine dorpjes viel er weinig te zien en te schilderen.

Het meest ideale van dit guesthouse is de pooltafel waar we gratis gebruik
van mogen maken. Het interieur van het restaurant en het guesthouse is
versierd met veel prullaria. Op de bedden ligt een roze sprei met daarop een
ander kleedje in de vorm van een bloem. De dekens zijn fluweelzacht, het is een genot om in het huis van Bob Marley te mogen slapen. JM en ik liggen dubbel om de details van de slaapkamer en het interieur van het restaurant, het interieur is vrouwelijker dan vrouwelijk.

Dag 16: Rustdag in Muktinath (3800).
E+A hebben gisteren de omgeving verkend, ze zijn langs allemaal kleine dorpjes gelopen die niet op de route liggen. Vandaag doen JM en ik hetzelfde, we beginnen bij een tibetaans kloostercomplex. Uiteindelijk lopen we een route waarvan we 5 uur onderweg zijn, we komen langs een aantal
kleine dorpjes waar buitenlanders nog worden gezien als vreemdelingen. We
worden overal sympathiek begroet. Onderweg worden we uitgenodigd een kijkje te nemen in een klein tibetaans klooster. De lama hier leidt ons rond, hij geeft wat kinderen les in een klein klaslokaaltje. Als we binnenkomen beginnen ze hardop het tibetaanse alfabet op te lezen. Verder zien we de studeerkamer en de slaapkamer van de lama, het is interessant. We geven een
kleine donatie, maar op eigen initiatief, er wordt niet om gevraagd.

Dag 17: Muktinath (3800) - Kagbeni (2810): 3 uur.
We gaan met zijn vieren verder. De omgeving is hier erg droog, het is een alpine woestijn. Aan de andere zijde van de rivier zijn een aantal verlaten rotswoningen te zien. Kagbeni ligt bij de samenkomst van 2 rivieren. Als je de andere rivier stroomopwaarts volgt kom je bij de Upper Mustang. Voor dit gebied heb je als trekker een speciale permit nodig, die voor 10 dagen 700 us $ kost. We verblijven gratis in het guesthouse want we beloven er
lunch/diner en ontbijt te nemen.

Dag 18: Kagbeni (2810) - Jomsom (2715): 3 uur.
JM en ik krijgen van de trekkingoffice een half uur toestemming om ons in de
upper mustang te begeven. We willen namelijk een foto maken van het dorp.

De tocht naar Jomsom gaat vlak langs een brede riviervallei waar we af en toe doorheen lopen. We moeten een aantal keer kleine riviertjes waarover geen brug is. Er staat een forse wind tegen die het lopen extra zwaar maakt. Jomsom is de grootste plaats tot nu toe en er wordt goed gebruik gemaakt van het vliegveld.

Dag 19: Jomsom (2715) - Larjung (2570): 4,5 uur.
Vanaf nu is de bevolking niet meer Tibetaans, maar Thakali en Nepali. In
Jomsom gaan we naar het plaatselijke museum. Hierin produkten die in deze
omgeving gebruikt worden, servies van klei en hout. Daarnaast opgezette dieren en foto's van de omgeving. Het is allemaal erg basic en als je de volgende kamer van het museum binnenkomt mag je zelf de verlichting aandoen.

Het dorpje Marpha wat we onderweg passeren is bekend om zijn appels. Er worden allerlei produkten van gemaakt: appeltaart/appelbrandy/appelcider/
gedroogde appelstukjes. We kopen van alles wat. We eten onze lunch bij een guesthouse met het opschrift "Dutch bakery & Restaurant". Het wordt gerund door een stel, zij Nepali, hij Nederlands. Hij is er alleen nu niet. Er staan verschillende nederlandse gerechten op de menukaart: broodje kaas/hutspot/nasi goreng (met conimex-zakje)/appelmoes. De hutstpot smaakt erg goed. Enrique laat een aquarel met onze portretten achter in het
gastenboek.

Dag 20: Larjung (2570) - Ghasa (2120): 4,5 uur.
De omgeving wordt steeds groener en er staan steeds meer bomen. De rivier
was een brede vallei maar is nu weer een smalle snelstromende rivier. Bij
Ghasa ziet de omgeving er subtropisch groen uit en er kan weer van alles groeien (groente).

Dag 21: Ghasa (2120) - Tatopani (1190): 5 uur.
Het is vrijwel de hele dag bewolkt, hierdoor nauwelijks zicht op de hoge
bergtoppen die om ons heen staan (achter de wolken). Tatopani betekent heet water, er zijn hier hot springs vlakbij de rivier. Het duurt even voordat het op de juiste temperatuur is, want iemand had de slang met koud water uit het water gehaald. Het water was bij aankomst zo'n 50 graden.

Dag 22: Tatopani (1190) - Beni (910): 6,5 uur.
Er zijn 2 verschillende routes van Tatopani weer terug richting Pokhara, we kiezen de makkelijke. Als we 's avonds in Beni aankomen rijden er geen bussen meer naar Pokhara dus blijven we er nachtje. Beni is geen gebruikelijke overnachtplaats, het is een vrij grote plaats met maar 2
guesthouses. Het is voor ons weer het begin van de geciviliseerde wereld met
gemotoriseerd verkeer, winkels met uitgebreid assortiment en lawaai.

De dag erop nemen we de bus terug naar Pokhara. Het eerste deel van de bustocht lijkt meer op een jungle-safari. Het is een onverharde weg met veel modder, af en toe moeten we een kleine rivier doorkruisen met de bus. In Pokhara proosten we op onze behaalde tocht. JM gaat de volgende ochtend naar Kathmandu, hij vliegt binnenkort naar Europa.

Groeten van Stefan.

Hier wat internetlinks voor plaatjes van de Annapurna-gebergte:

http://www.hsdejong.nl/nepal

http://www.yetizone.com/Annapurna/Trek/Annapurna_Trek.shtml

http://www.yetizone.com/mountains/mountainmap.htm

Reageer op dit reisverslag

Je kunt nu ook Smileys gebruiken. Via de toolbar, toetsenbord of door eerst : te typen en dan een woord bijvoorbeeld :smiley

Stefan Ruben

Werk nu fulltime als fysiotherapeut in Amsterdam en spaar ondertussen door voor lange reis, nummer 3.

Actief sinds 30 Nov. -0001
Verslag gelezen: 4102
Totaal aantal bezoekers 63169

Voorgaande reizen:

29 Januari 2005 - 16 December 2005

Mijn eerste reis

Landen bezocht: